Beantwoording vragen over aanleg walstroom op het Oostereiland

04-04-2017

Geachte leden van de raad.

In een brief van 8 maart jl. hebben een aantal fracties Art. 36-vragen gesteld over de aanleg van walstroom op het Oostereiland. Hieronder vindt u de beantwoording.

1. Waarom heeft u de raad niet van de te verwachten vertraging op de hoogte gesteld?

Omdat wij hier pas zeer recentelijk zelf van op de hoogte zijn gebracht. Eind februari kregen wij bericht over bodemverontreiniging. Liander heeft steeds bevestigd dat 1 april haalbaar was. Pas op donderdagmiddag 2 maart werd bekend dat aanvullend bodemonderzoek noodzakelijk was. Hierover stond donderdag 9 maart overleg gepland, maar naar aanleiding van uw vragen is wethouder Tap dinsdagmiddag 7 maart rond 16.00 uur geïnformeerd, ’s Avonds rond 20.00 uur heeft wethouder Tap de raad hierover geïnformeerd. Het was onze bedoeling om u na het overleg van 9 maart schriftelijk op de hoogte te brengen van de actuele stand van zaken rondom de aanleg van de Walstroom.

2. Waarom beweert u dat u de raad niet heeft beloofd dat er walstroom aangelegd zou worden voor het vaarseizoen terwijl dit wel het geval is.

Laat duidelijk zijn dat het altijd onze intentie is geweest om de walstroom voor het riviercruisevaartseizoen aan te leggen. Zoals in het raadsvoorstel dat de gemeenteraad op 15 november 2016 heeft vastgesteld, was het de bedoeling de walstroom voor 1 april te realiseren. Wij zijn minstens net zo teleurgesteld als u dat dit door onvoorziene omstandigheden niet gaat lukken.

3. Er is veel gepasseerd op dit dossier maar de aanleg van walstroom leek na aanname van eerder genoemde motie en raadsvoorstel nu net wel goed geregeld, dit was de basis voor andere beslissingen. Hoe kan dat nu gebeuren?

Wij hebben Liander de duidelijke opdracht gegeven om voor 1 april walstroom aan te leggen. Liander heeft steeds bevestigd dat dit mogelijk was en dat men op koers lag. Helaas heeft Liander niet direct stappen ondernomen om een voldoende diepgaand bodemonderzoek te laten doen. Dit is nu de hoofdzaak van de vertraging.

4. Bent u zich ervan bewust dat de vertraging grote gevolgen heeft voor bijvoorbeeld de Havenverordening?

Zoals gezegd, ook wij zijn meer dan ongelukkig met deze uitkomst. De vertraging van de aanleg van walstroom betekent immers dat omwonenden en andere gebruikers van het Oostereiland langer last zullen hebben van de geluidsoverlast. Deze vertraging heeft overigens geen effect op de havenverordening. Hierin staat een mogelijkheid om schepen een ontheffing te verlenen voor de verplichting van walstroom.

5. Hoe gaat dit worden opgelost...?

Als u met deze vraag bedoelt of de schepen hiervoor een ontheffing krijgen, dan klopt dat.

6. Of komt er een nieuwe Havenverordening?

Nee, dat is niet nodig.

7. Welke bestuurlijke actie komt er?

We kunnen ervoor kiezen om, ondanks de vertraging, toch zo snel mogelijk walstroom aan te leggen. Liander geeft in de nieuwe planning aan dat dit tussen 8 mei en 19 mei gerealiseerd kan worden. In deze periode lopen er echter ongeveer 40.000 bezoekers op de kade, ook de busjes voor vervoer naar de Nieuwe Wal rijden daar. Het is de vraag of het wenselijk is de bezoekers in deze tijd van het jaar te confronteren met deze werkzaamheden.

Daarnaast zijn er nieuwe relevante keuzemogelijkheden naar voren gekomen die tijdens de marktverkenning niet bekend waren. Omdat het er op lijkt dat de totale kosten hoger zullen uitvallen, legt het college, gezien het budgetrecht van de raad, deze punten graag eerst voor aan de raad alvorens de aanleg af te ronden. Wij stellen zo snel mogelijk een voorstel op voor behandeling in de raad.

8. Wat doet u met schepen die alsnog een generator gebruiken?

Deze schepen krijgen een ontheffing, de Havenverordening voorziet daar in.

9. Wat zijn de financiële gevolgen? Welke kosten komen erbij?

De extra kosten veroorzaakt door de bodemverontreiniging, zijn nog niet bekend. Daarnaast zijn er na de opdrachtverlening opties naar voren gekomen die op dat moment niet bekend waren en tot hogere kosten leiden. Dit zijn:

- optie van een 125 KVA aansluiting voor kleinere schepen die geen Power-Locks hebben en dus niet zonder aggregaat kunnen liggen.

- optie van een 630 KVA aansluiting om nu alvast in te spelen op toekomstige vragen naar meer vermogen.

- kosten voor het verfraaien van het transformatorhuisje (op advies van de Welstand).

Wat verder invloed heeft op de kosten is dat het liggeldtarief van de riviercruiseschepen per 1 januari 2017 is verhoogd om de kosten van de walstroom te compenseren. Hierdoor zullen de opbrengsten van de havenliggelden bij ongewijzigde reserveringen hoger liggen, terwijl de kosten voor de aanleg van walstroom nog niet zijn uitgegeven.

10. Wat is het mogelijke financiële verlies? Hoe verhoudt dit zich tot eerdere berekeningen voor meer dan 4 schepen?

Het is op dit moment nog niet duidelijk welke meerkosten er in totaal zijn. In de berekening van kosten en opbrengsten is echter steeds uitgegaan van maximaal 4 schepen aan de walstroom op basis van het aantal reserveringen van 2016.

Zoals hierboven ook al aangegeven is het college voornemens zo spoedig mogelijk over de extra kosten met een nieuw raadsvoorstel te komen. Dit zal worden meegenomen in de bestuurlijke planning.

 

Met vriendelijke groet,

burgemeester en wethouders van Hoorn

Gemeente_Hoorn[1] Gemeente_Hoorn[1]
Walstroom Walstroom