Aantal jonge alcoholdrinkers met 8 procent gedaald.

Effectmeting project Jeugd en Alcohol West-Friesland

HOORN - Het aantal 10- tot 15 jarigen in West-Friesland dat wel eens alcohol drinkt, is de afgelopen jaren met 8 procent gedaald: van 25 naar 17 procent.  Het aantal jongeren in de groep 16 tot 23 jaar, dat wel eens alcohol drinkt is niet gedaald. Daardoor komt de totale daling bij de groep 10- tot 23-jarigen op 3 procent.

Dit blijkt uit onderzoek van I&O Research naar de effecten van twee jaar alcoholbeleid in West-Friesland. Uit het onderzoek komt verder naar voren dat het aantal jongeren dat overmatig drinkt met 5 procent is gedaald en dat de gemiddelde leeftijd waarop jongeren hun eerste alcoholische drankje drinken is gestegen. Meer dan 90 procent van de jongeren kent de risico’s van overmatig alcoholgebruik.

Aanleiding voor het onderzoek is het convenant dat de West-Friese gemeenten eind 2007 hebben afgesloten met de minister van Binnenlandse Zaken met als doel het alcoholgebruik onder jongeren te verminderen en de overlast door te veel alcohol. In 2009 wilden de ondertekenaars het volgende hebben bereikt:
-  5 procent minder jongeren in de leeftijd van 10 tot 23 jaar drinken
- de overmatige consumptie van alcohol door 10- tot 23-jarigen is 5 procent lager
- de gemiddelde leeftijd waarop jongeren voor het eerst alcohol drinken is niet gedaald
- jongeren geven 5 procent minder overlast

De afspraken met de minister hebben geleid tot het project Jeugd en Alcohol en een plan van aanpak, waarin gemeenten, organisaties in de gezondheidszorg, politie, openbaar ministerie, ministerie en provincie samen werken aan de uitvoering van een breed pakket aan maatregelen. 

Doelstellingen grotendeels behaald
Uit het onderzoek blijkt dat drie van de vier doelstellingen zijn behaald en dat West-Friesland met de vierde doelstelling al een eind op weg is. De onderzoekers zien overwegend positieve ontwikkelingen.
De startleeftijd van beginnende alcoholdrinkers is niet verder omlaag gegaan, maar juist omhoog.
Vooral het aantal 13- en 14-jarigen dat wel eens alcohol drinkt is flink afgenomen: met 10 en 20 procent. 

Minder bingedrinkers
Het overmatig drinken (5 glazen bij één gelegenheid), het zogeheten bingedrinken, is met 5 procent afgenomen. De grootste daling is hier te zien bij 14- en 15-jarigen. Bij hen verminderde het overmatig alcoholgebruik met 14 procent. Bij de 13-jarigen daalde het bingedrinken van 9 naar 5 procent in 2009. Bij de 16-jarigen was er een vermindering van 7 procent (van 64 naar 57 procent).

Meer bewust van risico’s
Positief is ook dat jongeren zich heel goed bewust zijn van de risico’s van overmatig alcoholgebruik. De 10 tot 15-jarigen en de 16- tot 23-jarigen zijn zich even goed bewust van de risico’s van overmatig alcoholgebruik: 92 procent weet dat veel alcohol drinken kan zorgen voor blijvende schade aan de hersenen. Dat alcohol drinken slecht is voor de schoolprestaties weet 80 procent. De oudere leeftijdsgroepen zien ook goed dat veel alcohol drinken slecht is voor de sportprestaties (82 procent) en ernstige ziekten kan veroorzaken (76 procent). Tweederde van de 10- tot 15-jarigen vindt dat je minder intelligent wordt als je veel alcohol drinkt. Bij de 16- tot 23-jarigen is dat 55 procent.

Negen op de tien jongeren blijft drinken
Jongeren zijn zich goed bewust zijn van de risico’s. Toch is negen op de tien jongeren is niet van plan zijn gedrag aan te passen. Wel is het percentage jongeren dat wil minderen gegroeid. Bij de 10- tot 15-jarigen wil nu 11 procent  minder gaan drinken en dat was twee jaar geleden 6 procent. Van de 16- tot 23-jarigen is nu 9 procent van plan minder te gaan drinken (was 7 procent).

Ouders strenger
Ook de ouders zijn zich veel meer bewust van de risico’s. Twee jaar geleden vond  55 procent van de ouders van 10 tot 15-jarigen het goed dat hun kind alcohol dronk, nu is dat nog maar 37 procent. Het aantal ouders dat zijn kind het drinken van alcohol afraadt is bijna verdubbeld; van 16 naar 29 procent. Het aantal ouders van 10- tot 15-jarigen dat hun kind daadwerkelijk verbiedt om te drinken is gestegen van 2 naar 5 procent. Thuis zijn zij in elk geval strenger geworden. In 2007 mocht nog eenderde van de jongeren onder de 16 in het bijzijn van hun ouders een glas alcohol of flesje bier drinken. Nu vindt nog maar minder dan eenvijfde van de ouders dit goed.

Leeftijdsgrens verkoop alcohol omhoog
Als het aan de West-Friezen ligt wordt de leeftijdsgrens om zelf alcohol te kopen bij de supermarkt of slijter 18 jaar. Voor het bestellen van alcohol bij de horeca of een evenement vinden de West-Friezen een leeftijd tussen de 17 en 18 acceptabel. Hoe jonger de West-Fries, hoe eerder deze wil beginnen met zelf kopen of bestellen.

Horeca schenkt kinderen onder de 16
Uit het onderzoek van I&O blijkt dat meer dan een kwart van de 10- tot 15-jarigen alcohol zegt te drinken in een discotheek. Dat is lager dan een aantal jaren geleden (33 procent). Het drinken van alcohol door jongeren beneden de 16 in cafés en op terrassen is echter met 4 procent gestegen: van 15 naar 19 procent. De onderzoekers noemen dit opvallend, omdat het verboden is om aan jongeren beneden de 16 te schenken.

De meeste jongeren onder de 16 drinken thuis of bij anderen thuis. Jongeren van boven de 16 drinken het meest in een café, restaurant of terras (72 procent). Opvallend is de daling van het aantal jongeren boven de 16 die in de sportkantine drinken. Enkele jaren geleden was dat nog een kwart, nu 18 procent.

Nog veel te doen
De stuurgroep Jeugd, Alcohol en Drugs West-Friesland is tevreden met de tot nog toe behaalde resultaten, maar vindt ook dat er nog heel veel te doen valt. Voorzitter Onno van Veldhuizen: ‘Wij wisten toen wij met ons project begonnen dat het overmatig drankgebruik van jongeren een hardnekkig probleem is. Het zal vele jaren kosten om echt vooruitgang te boeken, het gaat met kleine stapjes. Aan de resultaten is te zien dat we de afgelopen jaren veel inspanningen hebben gestoken in de jongste leeftijdscategorie, onder andere met voorlichting voor jongeren én ouders op de basisscholen. Dat blijkt te werken. Als we dat vasthouden zal dat ook effect hebben op de groep 16- tot 23-jarigen. Daar is nog veel te weinig bereikt.’
Het volledige rapport is te lezen op