Marcel, de huilende herder: bastaard-oom van Beatrix?

4-2-2011 COLUMN Qwartjes Qwartiertje

COLUMN Qwartjes Qwartiertje
.
De schrijver Eelke de Jong deed zich voor in het Hoornse havenkwartier, dus Qwartje schoot hem aan. Een zeer innemend heerschap, die Eelke, zodat alras koers werd gezet naar tante Marietje van De Volendammer. Dat acteur Rijk de Gooyer en tekenaar Peter van Straaten zich daar even later ook vervoegden mocht logisch heten. Gezworen vrienden. Van een courant gesprek was weldra geen sprake meer, maar Eelke was nog net in staat geweest om Qwartje hartelijk uit te nodigen in zijn riante woning aan de Korte Bergstraat te Amersfoort.
.
Zodoende. Te Amersfoort beende de boomlange natuurschrijver alsmede sarcolumnist Qwartje voor naar zijn werkkamer. Zijn bezoeker rende achter hem aan; die man liep niet, hij plantte zich twee meter per stap voort. Qwartje wilde gaarne weten wie er achter de sleutelfiguur Koos Tak stak. De feuilleton-creatie van een gesjeesde, slonzige slobberjournalist van ’n groot landelijk ochtendblad, wekelijks door Eelke, Rijk en Peter dodelijk-hilarisch tot leven gebracht in het opinieweekblad Haagsche Post. Eelke hield de werkelijke naam (Jan Spierdijk, chef-Kunst van De Telegraaf) evenwel behoedzaam onder couvert.  Terloops kwam Eelke’s periode als schaapherder op de heide bij Hoog Buurlo (1975-1979) ter tafel.
.
Qwartje: “Wie heeft jou daar eigenlijk opgevolgd?”
Eelke: “Een spook met ’n cape en ’n hoed.”
Qwartje: “O. Juist.”
Eelke: “Nee, zonder dollen: die man is opeens spoorloos verdwenen. Er wordt gezegd dat z’n afkomst niet koosjer was. Hij kwam uit het niets, en loste daar ook weer in op. Maar hij had heel veel vrouwelijke fans, dàt dan weer wel. “
.
Kijk: met zoiets moesten ze Qwartje destijds nooit confronteren. Een spoorloze schaapherder annex damesmagneet van diffuse komaf: dat schreeuwde om ontsluiering. Toch in de buurt zijnde, toog Qwartje naar de heidevelden tussen Hoog Buurlo en Radio Kootwijk, zuidwestelijk van Apeldoorn. Namiddag, mooi wandelweder, heikneuters alom. Bij de eerste dame-met-teckel was het al raak. Zij wist zich de verdwenen schaaphoeder nog zeer wel te herinneren. Een markante verschijning die zó uit een Zeventiende Eeuws schilderij leek te zijn gestapt. Twee andere vrouwen en een man lepelden soortgelijke beelden op. Een soort Jezus Christ Superstar, die jarenlang zijn kudde over de velden had geleid en opeens - floep! - was verdwenen. Alsof hij ten hemel was gevaren. Wat vroeg Qwartje? Nee hoor: niemand wist waar de man was gebleven. Serieus waar: hij was nu al ruim ’n jaar volledig foetsie.
.
Met de speurtocht die volgde zal hij u hier niet lastig vallen, maar Qwartje beet zich pathologisch vast in het Mysterie van de Markante Mekkerman. Binnen twee weken kristalliseerde zich een signalement uit. De herder zou Marcel heten. Vijf jaar had hij, als opvolger van Eelke de Jong, de vlok heideschapen gehoed. Hij groeide letterlijk uit tot een trekpleister die op mooie lente- en zomerdagen ’n hele schare menselijke volgelingen aanzoog. Fans boekten zelfs campings in de omgeving om dagelijks in zijn buurt te kunnen zijn. Hij liep daar rond als een zacht-fladderende waterval van hoed, haar en cape. Zijn koolzwarte ogen doorboorden mist en argeloos toerist. En die stem van hem, waarmee hij de meest wonderlijke zaken de wereld inriep, had de reikwijdte van ’n orkaantje. Hij at uitbottende knoppen van bomen vanwege de samengebundelde levenskracht. Kortom: de herder Marcel dwaalde rond in ’n baaierd van geluk.
.
In de derde week gewerd Qwartje een adres. Een woninkje achter het Apeldoornse station, waar hij sedert februari 1986 kluisde. Qwartje klopte op een venster, en werd opengedaan door een trillende, doodsbange humanoïde spitsmuis, een klewang slagbereid in de rechter hand geheven. Zijn vertrouwen sijpelde als dikke stroop door een naald-oogje, maar eenmaal binnen brandde de herder met een graniet verpulverende stem los. Zijn keukentje was proper, maar de rest van de begane grond was uiterst minutieus aan flinters geslagen. Met een bijl. Alle wanden volgekalkt met kreten van de 49-jarige, die tien jaar daarvoor nog analfabeet was. Er stond: ‘Ik wist niet dat ik zo alleen kwam te staan... Ik voel me onhemt. Als kind was niemand geïnteresseerd in mij en nu weer... Ik heet geen Marcel. Ik kom uit Hoek van Holland maar wie is dan mijn moeder? Alsof ik niet leefen mag en waarom niet... Wanda!... Zo wil ik niet meer leeven.’ De telefoon lag aan gruzelementen. Een dik foto-album was door vier bijlslagen finaal doorkliefd. De eens zo gelukkige heideman had verleden, heden en toekomst aan flarden geramd. Wat was er in vredesnaam in dit leven gebeurd?
.
Marcel belandde in 1937 in een ietwat disharmonieus wiegje. Zelf zei hij daar het volgende over. Zijn moeder zou een Haagse prostituée zijn geweest die in de kraamkliniek van de Sint Annastichting beviel van een kind dat stierf. Tegelijkertijd werd bij een reddingbootkapitein in Hoek van Holland door een Franse dame een baby met gitzwarte oogjes binnengebracht. In een brief zou de spoorloos verdwenen  vrouw hebben bevolen dit kind terstond naar de Sint Annastichting te brengen. Daar werd het wurm geadopteerd en erkend door Johanna Maria Jansse, de moeder van het dode kind. Ze noemde het babytje Marcellus Fransiscus. Volgens akten van de burgerlijke stand werd Marcel op 10 augustus 1945 erkend door Johannes Jacobus van Hoesel, die op 30 januari 1946 met Johanna Jansse trouwde en daarmee het kind Marcel wettigde.
.
Goed. Van deze officieel vastgelegde gang van zaken geloofde Marcel-de-schaapherder geen snàrs. Wat vaststaat, is dat hij tot zijn 21-ste onder de vleugels van de Haagse Voogdijraad heeft geleefd, en vanaf z’n twaalfde door ene ‘juffrouw Schoenmaker’ bij allerlei boeren her en der in Nederland werd gedropt om er, voor ’n bete broods en ’n glas melk, te werken. Marcel - in angstig-afwerende foetushouding, armen gekruist voor de borst, en met zijn kleinste fluisterstemmetje vanuit zijn stoel: “En dan bracht dat mens me weer met haar Volkswagentje naar een andere boer, en dan moest ik even weg, en dan smoesde ze wat, en dan pakte ze me bij m’n schouders en dan snavelde ze: ‘Doe je best! Kom je hogerop!’, en dan ging ze weer weg en dan werd ik afgebeuld. Af-ge-beuld... In Wassenaar,  op een boerderij die van de Kroondomeinen was, kwam prinses Wilhelmina eens naar me kijken. ‘Zo’, zei ze, ‘is dat nou dat joch?’ Hoe kende ze me? Wat wist ze van me? Wat weten ze van me dat ik niet weten mag?”
.
In Den Haag spoorde Qwartje de nog levende mevrouw Johanna van Hoesel-Jansse op, van wie Marcel volgens het Voogdijregister (11 januari 1939) het ‘natuurlijke kind’ was. “Zo’n kind”, sprak ze, “komt natuurlijk niet zomaar uit de lucht fietsen. Verder wens ik daar niet over uit te wijden. Al helemààl niet over wat u suggereert richting Vuil Heintje!” Ze doelde op prins Hendrik, de man van  koningin Wilhelmina die bij nogal wat vrouwen ‘per ongeluk’ kinderen had verwekt die vervolgens via kuiperijen en slinkse kronkelwegen ten koste van de Nederlandse Staat werden gebracht. “Wilhelmina, die een Franse hofdame had, scheen uw Marcel te kennen”, probeerde Qwartje nog. Marcel’s ‘moeder’ was er dik mee aan, en sprak afgemeten: “Geen woord meer. Ik wens dat u nu mijn huis verlaat.”
.
Terug naar Apeldoorn maar weer. Tweede gesprek met Marcel. Hoe was hij in Hoog Buurlo beland? Simpel: hij was vroeg naar Amsterdam getrokken waar hij zwierf, en stelend en hosselend zijn kostje bijeen scharrelde. Woonde een tijdlang op de junkieboot Caledonia achter het Centraal Station, en ging door alle stadia van de klassieke neerwaartse junkspiraal. Uiteindelijk belandde hij ergens bij het Gelderse Hoog Buurlo om af te kicken. Hij ontdekte schaapherder Eelke de Jong, ging hand- en spandiensten voor hem doen, en volgde hem op toen Eelke de herdersstaf weer voor de pen inruilde. Vijf gelukzalige jaren volgden. Maar hunnie van Staatsbosbeheer, de rijksdienst die heiden en kudden beheert, zagen de eigenzinnige en populaire hoeder van schapen en discipelen steeds minder zitten. Marcel: “Ze leverden me hooi van stukken land waar popconcerten op werden gehouden. Mijn schapen en lammetjes aten condooms en blikjes. Ik kreeg de schuld, en moest via de rechter opzouten. Leuk hè? Ik ben een natuurmens, maar ze hebben me in een stenen hok gestopt  dat binnenkort wordt afgebroken, en waar de buurt me mietje noemt en me met een schot hagel verwelkomde. Hoe lang gaat dit zo door? Hoe lang nog!?”
.
Als een springveer ploepte hij weer uit zijn foetushouding en stentorde: “Als er een nieuwe Hitler opstaat loop ik achter hem aan. Zó: met m’n rechterarm gestrekt! Dan beteken ik tenminste óók eens iets! Wie ben ik? Een wegwerpjong! Zonder naam op de wereld geschopt, als voogdijkind door boeren afgebeuld, en naamloos willen ze me er straks weer onderschoffelen. Maar ik neem er ’n paar mee. Hoor je?” Qwartje zat op z’n hurken voor hem, en kon geen kant meer op toen de ontketende herder plotseling zijn vervaarlijk blinkende klewang  te voorschijn had getrokken en er krachtig vlak boven Qwartje’s kruin mee heen en weer zeisde. “Ik neem er ‘n paar mee!” Daarna dook hij weer in elkaar en produceerde hoge, kinderlijke keelgeluidjes. Marcel, de eens zo markante man van de hei, huilde. Hùilde…
.
De donkere avond had Apeldoorn reeds lang geabsorbeerd toen Qwartje de uitgeputte man zachtjes naar zijn slaapvertrek begeleidde. Dat betrof, in het aan gort geslagen huisje, de enige ruimte die ongeschonden was gebleven. Daar, temidden van een uitgebreide kudde pluchen speelgoedbeesten,  lag de herder bij nachte. Afwerend ineen gekruld tot ’n vraagteken van vlees en bloed.
.
De schrijver Eelke de Jong deed zich voor in het Hoornse havenkwartier, dus Qwartje schoot hem aan. En van het een kwam het ander.


Lees alle COLUMNS in Qwartjes Qwartiertje:

Reacties
Reactie: (Sebas)
12-2-2011, 11:58
Mooi verhaal. Hoe een ontmoeting in een Hoorns café kan leiden tot een macabere ontmoeting met een bijzonder figuur elders in den lande...

Reactie: (redactie)
11-2-2011, 22:58
Kent u iemand die deze Column ook zal waarderen? Klik rechtsboven op het envelop-teken en mail dit artikel door...

Of klik op het PLUS-je en plaats een melding op uw Twitter of Facebook...