George Oetelmans, fluiten of schieten, het is hem om het even

12-9-2011 INGEZONDEN MEDEDELING

HOORN - Afgelopen zaterdag nam George Oetelmans na 25 jaar afscheid als starter van atletiekwedstrijden. Tijdens de wedstrijden om de Gerrit Vos-bokaal droeg hij z’n startrevolver over aan Bart Daalhuisen. Het onderstaande bericht gaat over Oetelmans affiniteit met de moeder aller sporten in het algemeen en met de Hoornse atletiekvereniging Hollandia in het bijzonder.

‘Het is eigenlijk geen startpistool, maar een startrevolver’, zegt George Oetelmans als hij laat zien hoe het wapen waarmee hij hardlopers een race in schiet in elkaar zit. ‘Bij een pistool wordt de volgende kogel na een schot naar voren geduwd, net als een nietje in een nietmachine, een revolver heeft een cilinder die na een schot een slagje draait en zo de volgende kogel voor de loop brengt.’

Oetelmans vertelt dat er in een startrevolver geen echte kogels zitten, maar hulzen waarin een beetje kruit is verpakt. ‘Zonder knal krijg je geen hardloper uit z’n startblok.’ Hoewel de nu 66-jarige starter zijn wapen alleen gebruikt voor sportieve doeleinden is hij verplicht elk jaar een vergunning voor het in bezit hebben ervan aan te vragen. ‘Een beetje doe-het-zelver kan met uitboren van loop en munitiekamers een gevaarlijk vuurwapen van mijn startrevolver maken, vandaar die vergunning’, is zijn verklaring daarvoor.

Op zaterdag 10 september - de dag dat op de Blauwe Berg de wedstrijden om de Gerrit Vos-Bokaal worden gehouden - draagt Oetelmans zijn speeltje over aan Bart Daalhuisen. Na een carrière van vijf-en-twintig jaar als starter bij atletiekwedstrijden vindt hij de tijd gekomen om er een punt achter te zetten.

In Daalhuisen ziet hij een waardige opvolger en hoewel de revolver zijn persoonlijk eigendom is geeft hij het knalapparaat met genoegen aan hem. ‘Stel je voor dat ik het ding als souvenir zou willen bewaren, vanwege de steeds opnieuw aan te vragen vergunning tot het houden ervan is dat natuurlijk geen optie’, zegt hij, ‘nee, laat Bart er maar mee schieten, die jongen heeft er wel het talent voor.’

Halverwege de tachtiger jaren van de vorige eeuw nam Oetelmans het besluit om starter te worden. Op aandringen van Fred Broerse - in die tijd samen met Rien Stout en Ad van Wouw de man die de Hoornse atletiekvereniging Hollandia een gezicht gaf - schafte hij zich voor de prijs van twee-honderd-vijftig gulden een revolver van het merk Arminius aan. Broerse kocht er zelf trouwens ook één. Patronen en smeerolie waren niet bij de prijs inbegrepen.

Een met succes doorlopen cursus bezorgde hem het KNAU-brevet dat hem toestond plaats te nemen op het plateautje voor starters van loopnummers. Voor een man die graag de touwtjes in handen heeft bleek het een uitgelezen positie te zijn. Met een enigszins gebogen rug en loerend naar de stilzittende lopers in de blokken, de arm met de revolver al in de lucht geheven, heerste hij in z’n rode jasje in een bijna volstrekte stilte over het ogenblik tussen tableau vivant en startschot.

Zijn kalende voetbalronde hoofd droeg er in de loop der jaren steeds meer toe bij dat er iemand stond, daar op het startersschavot. In 1982 had Oetelmans als revaliderende scheidsrechter betaald voetbal de weg naar de atletiekbaan op de Blauwe Berg al weten te vinden. Een beschadigde rechterknie - ‘drie keer een operatie aan dezelfde meniscus, daarvan wordt een knie echt niet beter’- dwong hem tot voorzichtige loop-trainingen op de baan. Het leidde er helaas voor hem niet toe dat hij tot aan z’n 47e jaar zorgeloos kon blijven fluiten.

De beschadigde rechterknie was er de oorzaak van dat Oetelmans zijn linker ongemerkt te zwaar ging belasten. Op advies van KNVB-arts Frits Kessel blies de toen landelijk bekende arbiter op 40-jarige leeftijd zijn laatste partijtje. Zijn bekendheid met de atletiekbaan bracht hem er toe om zijn zoon aan atletiek te laten doen en als vader van een pittig lopertje betrad hij de wereld van de moeder aller sporten. Gedurende de eerste jaren - tot aan het moment dat Broerse hem vroeg een revolver te kopen - beleefde hij als jurylid veel aangename sportmomenten op de baan.

Hij herinnert zich de AV Hollandia uit die tijd als een vereniging waar naast sportbeoefening veel groepsbindende activiteiten werden georganiseerd. Rond 5 december kwam Sinterklaas even langs - niet zelden was het Oetelmans zelf die het pak van de goedheiligman had aangetrokken - en kort na Nieuwjaar konden de leden meedoen aan de sportquiz waarmee het nieuwe jaar werd ingeluid. Bingo- en discoavonden stonden ook op het programma, net als avondjes klaverjassen. Leden uit alle doelgroepen van de vereniging bezochten de speciaal voor hen georganiseerde activiteiten. Oetelmans kan zich ook nog herinneren dat hij deel uitmaakte van een uit vier koppen bestaande Commissie van Wijze Mannen.

De Commissies Kantine en Beheer lagen met elkaar overhoop en toenmalig voorzitter Rien Stout vond dat maar eens uitgezocht moest worden waar de verantwoordelijkheden van de beide commissies elkaar hinderlijk raakten. Oetelmans c.s. riepen alle ruziemakers één voor één op voor een gesprek, trokken vervolgens hun conclusies en deden enkele aanbevelingen. Nog steeds kijkt hij met enige verbazing terug op het uiteindelijke resultaat van het verenigingsonderzoek. Van ruzie en wantrouwen was geen sprake meer, schouderklopjes waren er voor in de plaats gekomen. Met enige spijt stelt de bijna uitgeschoten starter vast dat de samenhang tussen de verschillende doelgroepen binnen de vereniging in het huidige tijdsgewricht zacht gezegd wat losser is.
In 1992 raakte de praatgrage Oetelmans ernstig gewond bij een auto-ongeluk in het Siamese Phuket.

De beschadigde nekwervel die hij daarbij opliep zorgt tot op de dag van vandaag voor een soort reumatische pijn. Behalve de nek kreeg ook zijn linkerbeen bij de botsing een onherstelbare opdonder. De klap leidde tot functieverlies met als gevolg dat de spierkracht van het been verloren ging. Sinds het ongeluk gaat Oetelmans met ongelijke benen door het leven en ook met een wandelstok. Omdat de reumatisch aandoende pijn minder opspeelt in een warme omgeving verblijft hij de laatste vijftien jaar gedurende de wintermaanden in Gambia.

Sinds 2006 maakt hij in het Westafrikaanse land deel uit van de scheidsrechters-commissie. - Het bloed kruipt nu eenmaal waar het niet gaan kan. - Zijn beoordelingen van de arbitrale trio’s die de wedstrijden in de hoogste drie divisies leiden worden hogelijk gewaardeerd, niet in het minst door de trio’s zelf. De geboren Amsterdammer die in 1978 naar Hoorn verhuisde en die in z’n leven heel wat  afreisde heeft aan de Gambiaanse kust een plekje gevonden waar het goed toeven is.

‘De mensen hier zijn arm maar blij, the Smiling Coast of Africa heet het in de volksmond waar ik ’s winters woon en in heel Afrika is daar geen tweede van te vinden’, Oetelmans zegt het met een grote glimlach.











Reacties
Reactie: (okkie)
12-9-2011, 12:32
George het ga je goed.Bedankt man