Hoogbouw in Hoorn maximaal 8 lagen

ingevoerd op 8-7-2008

Burgemeester en Wethouders bieden de gemeenteraad een notitie aan over hoogbouw in Hoorn. De notitie ‘Hoorn hoger op’ biedt een kader hoe om te gaan met hoogbouw in de stad. Hoge gebouwen intensiveren het gebruik van een gebied, maar kunnen ook een plek, route of zichtlijn accentueren en oefenen zo invloed uit op de herkenbaarheid, oriëntatie en beleving van stad of wijk.

De bebouwing in Hoorn bestaat grotendeels uit eengezinswoningen tot 10 meter hoog. Een klein deel bestaat uit appartementen, bedrijven en voorzieningen en is maximaal 20 meter hoog. 24 gebouwen overstijgen de 20 meter. Dat zijn vooral woongebouwen (zoals de sterflats aan de Astronautenweg en de woontoren aan de Binnenluiendijk), voorzieningen (zoals Het Park en het Westfries Gasthuis) en kerken. Het hoogste bouwwerk is de zendmast op Hoorn-80 (70 meter). Bezien vanuit de omgeving geven zij Hoorn een aantal duidelijke oriëntatiepunten. Vooral de binnenstad is vanaf het water en de Westfriese Omringdijk goed herkenbaar. Vanaf het land is Hoorn beperkt zichtbaar. Zo valt Hoorn vanaf rijksweg A7 niet op.

Visie
Hoogbouw kan de hoofdinfrastructuur, de ruimtelijke en functionele structuur en daarmee de identiteit van Hoorn versterken. Meer hoogbouw zou een sterker onderscheid bewerkstelligen  tussen de binnenstad, de woonwijken, de voorzieningencentra en de werkgebieden. De hoogbouw moet wel passen bij de schaal van Hoorn en haar omgeving.

Daarom gaan voor hoogbouw in Hoorn de gedachten uit naar maximaal acht lagen (25 meter). Dat komt overeen met wat wordt gezegd in Stadsvisie. Hogere bebouwing is op zich niet  uitgesloten, maar heeft veel impact op de schaal van de stad en vraagt om heldere effectrapportages.
Een beperkt aantal locaties komt hiervoor in aanmerking, zoals de entrees van de stad bij de A7 (hotel Blauwe Berg) en de Willemsweg, de kantorenlocatie Nieuwe Steen, en de Streektuinen (nieuw woonzorgcomplex).

De notitie ‘Hoorn hoger op’ komt aan de orde tijdens een meningvormende bespreking in de algemene raadscommissie van 19 augustus a.s.